Abstract expressionisme
Abstract expressionisme was nooit een ideaal label voor de beweging, die zich in de jaren veertig en vijftig in New York ontwikkelde. Het was op de een of andere manier bedoeld om niet alleen het werk te omvatten van schilders die hun doeken vulden met velden van kleur en abstracte vormen, maar ook van degenen die hun doeken aanvielen met een krachtig gebarenexpressionisme.
Toch is abstract expressionisme de meest geaccepteerde term geworden voor een groep kunstenaars die veel gemeen hadden. Allen waren toegewijd aan kunst als uitingen van het zelf, geboren uit diepe emotie en universele thema’s, en de meeste werden gevormd door de erfenis van het surrealisme, een beweging die ze vertaalde in een nieuwe stijl die paste bij de naoorlogse sfeer van angst en trauma. In hun succes beroofden deze New Yorkse schilders Parijs van zijn mantel als leider van de moderne kunst en vormden ze de weg voor Amerika’s dominantie in de internationale kunstwereld.
Politieke instabiliteit in Europa in de jaren dertig bracht verschillende vooraanstaande surrealisten naar New York, en veel van de abstracte expressionisten werden diepgaand beïnvloed door de focus van het surrealisme op het ontginnen van het onbewuste. Het moedigde hun interesse in mythen en archetypische symbolen aan en het vormde hun opvatting van de schilderkunst zelf als een strijd tussen zelfexpressie en de chaos van het onderbewustzijn.
De meeste kunstenaars die met het abstract expressionisme te maken hadden, werden in de jaren dertig volwassen. Ze werden beïnvloed door de linkse politiek van het tijdperk en begonnen een kunst te waarderen die gebaseerd was op persoonlijke ervaring. Weinigen zouden hun eerdere radicale politieke opvattingen handhaven, maar velen bleven de houding van uitgesproken avant-gardisten aannemen.
Ze waren volwassen geworden als kunstenaars in een tijd waarin Amerika economisch leed en zich cultureel geïsoleerd en provinciaal voelde, en later werden de abstract expressionisten verwelkomd als de eerste authentiek Amerikaanse avant-garde. Hun kunst werd verdedigd omdat ze nadrukkelijk Amerikaans van geest waren – monumentaal van schaal, romantisch van stemming en uitdrukking van een ruige individuele vrijheid.
Hoewel de beweging grotendeels in de historische documentatie is afgebeeld als een beweging die toebehoort aan de met verf bespatte, heroïsche mannelijke kunstenaar, waren er in de jaren 40 en 50 verschillende belangrijke vrouwelijke abstract expressionisten die uit New York en San Francisco kwamen en die nu de eer krijgen als elementaire leden van de canon.